Roken met rookhout

Roken van voedsel bestond al vanaf het moment dat we vuur uitvonden. Roken is het proces van het op smaak brengen van voedsel door het bloot te stellen aan rook van smeulend materiaal, meestal hout. Roken is een goede manier om vlees en vis te conserveren. Tegenwoordig gebruiken we rook vooral om iets extra’s toe te voegen aan eten / gerechten. Bekende producten zijn gerookte ham, zalm en paling.

Niet al het hout is geschikt om te roken. Rookhout moet zorgvuldig worden geselecteerd. Er mag geen enkele vervuiling zijn van verf, lijm, beits etc.

Als je nog nooit rookhout hebt gebruikt, begin dan voorzichtig. Probeer eerst een kleine hoeveelheid om te zien wat je het lekkerst vindt. Gebruik bijvoorbeeld een kwart kopje voorgeweekte houtchips om met karbonades of steaks etc. op je kamado of bbq te bakken. Hieronder geven wij je een idee van de smaak van de verschillende soorten rookhout.

Rookhout (zaagsel, spaanders, spaanders, blokjes en pellets)

Els geeft een zachte en volle smaak die goed past bij vis en schaaldieren, zoals zalm, garnalen en kreeft, maar ook goed bij kip.

Amandel geeft een nootachtige zoete smaak die goed bij alle soorten vlees past.

Appel is een fantastisch rookhout, zoet en mild van aard, complimenteert de meeste voedingsmiddelen, geeft een bijzonder aroma en is zeer geschikt voor wild, vis en gevogelte. Ook geschikt voor gebruik op de BBQ nadat deze is bevochtigd.

As heeft een heldere, unieke smaak. Dit hout brandt redelijk snel.

Beuken geeft een heerlijke smaak aan de vis of het vlees. Door wat extra beuken te gebruiken wordt de kleur van de vis roodachtig.

Berk is uniek in zijn soort en produceert verrukkelijk voedsel. De rook is licht en smaakt een beetje naar esdoorn. Dit hout smaakt goed samen met gevogelte en varkensvlees.

Citrus geeft rook met een licht fruitige smaak die iets sterker is dan appel of kers.

Kastanje geeft ook een licht zoete, nootachtige geur. Lekker bij vlees of vis.

Kers heeft een volle zoete en milde smaak die in vrijwel alles kan worden gebruikt en is een populaire houtsoort om mee te roken.

Grapefruit is een lichte houtsoort die een geweldige rooksmaak geeft en goed past bij alle soorten vlees.

Hickory is waarschijnlijk het meest populaire rookhout dat in barbecues wordt gebruikt. Het heeft een sterke smaak die bij al het vlees past. Het geeft een sterke smaak aan vlees. Het gaat goed met ribben, rundvlees, ham en lamsvlees. Houtsnippers moeten een tijdje weken.

Esdoorn is een beetje subtieler dan zijn neefjes hickory en eiken en is een uitstekende keuze om te roken. Geeft een zoete smaak die goed past bij gevogelte of varkensvlees, maar kan ook goed worden gebruikt voor het roken van kaas, boter, groenten, zout en peper.

Nectarine is heerlijk bij gevogelte en varkensvlees.

Eik is het meest veelzijdige van alle rokende houtsoorten, het wordt al eeuwen gebruikt, past praktisch overal bij. Geeft een aparte maar milde rooksmaak en geeft de gerookte producten een mooie kleur. Goed voor het roken van elk soort voedsel. Het past goed bij rund- of lamsvlees, maar vooral bij varkensvlees.

Peer is vergelijkbaar met appel maar heeft een iets minder sterke rook en geeft een zoete smaak en milde smaak. Het is een allrounder, maar vooral goed bij varkensvlees.

Pecannoten zijn medium fruitig, zoet en geven een delicate smaak die goed samengaat met lamsvlees en varkensvlees, maar ook in kaas.

Populier is ook geschikt om te roken maar brandt vrij snel. Geeft een licht zoete smaak. Lekker bij vis en schaaldieren.

Wijnstokken laat veel rook vrij en geeft het een fruitige en vrij zware smaak en moet spaarzaam worden gebruikt. Serveer met gevogelte of lamsvlees.

Walnoot  geeft een zware rooksmaak. Wij mengen het het liefst met ander rookhout zoals appelbeuk eiken